Verkeer en vervoer

Lasten

In de MPB 2018-2021 is geld beschikbaar gesteld voor innovatieve openbaar vervoer toepassingen. De raad heeft bij de vaststelling van de Voorjaarsnota 2019 besloten om een deel van het budget in te zetten als bezuinigingsmaatregel. De besteding van het resterende deel van deze innovatiegelden hangt samen met de nieuwe concessie openbaar vervoer die in 2020 in gaat. Die heeft consequenties voor de dienstregeling, waardoor er mogelijk alternatief of aanvullend vervoer voor het lijnennet moet komen. De budgetten worden daarom pas in 2020 en 2021 besteed. Dit leidt ertoe dat in totaal € 800.000 wordt overgeheveld naar 2020 en 2021.In de tussentijdse rapportage is dat al aan u gemeld.

In de MPB 2019-2022 heeft de raad voor een aantal projecten budget beschikbaar gesteld. In totaal gaat het om € 205.000 voor onder meer de elektrificering van parkeergarage Haven Centrum en aanpassingen aan de G.P. Duuringlaan / Keienbergweg / Casimirlaan (verkeersveiligheid) en de Laan van Kuipershof / Kanaal Zuid (fiets maatregelen). Door latere uitvoering van deze voorzieningen.

Voor parkeerapparatuur in de parkeergarages zijn innovatieve investeringen gedaan vanuit de kredieten voor parkeerapparatuur. Vanuit het budget innovatieve verbeteringen is hiervoor € 100.000 beschikbaar. Vanuit het budget fietsknelpunten is tevens € 100.000 beschikbaar voor het krediet (inrichting van) de rijwielstalling marktplein. Vanuit regelgeving BBV dienen dergelijke exploitatiebijdragen vrij te vallen ten gunste van de algemene middelen, gelijktijdig met een verhoging van de desbetreffende kredieten met ingang van 2020.

Door vertraging in de uitvoering hebben we lagere kapitaallasten dan begroot. Hiervan is reeds in de turap melding gemaakt.

Doordat we steeds meer gebruik zijn gaan maken van LED verlichting hebben we lagere nuts kosten, kosten voor onderhoud van de openbare verlichting en lagere kosten voor het onderhouden van onze verkeersborden. Hiervan is in de turap reeds melding gemaakt.

Kosten van gladheidbestrijding zijn hoger uitgevallen dan begroot. De incidenteel hogere kosten komen voort uit de nieuwe aanbesteding voor het bestrijden van gladheid waarbij de nieuwe aannemers recht hebben op een uitgebreide opleiding. Daarnaast zijn de nieuwe zoutsilo's in gebruik genomen. Hiervoor is zout aangekocht om de silo's volledig te vullen.

De stortkosten voor veegafval uit 2018, waarvan de afrekening in 2019 heeft plaatsgevonden, heeft een voordeel opgeleverd.

Overige verschillen onder de rapporteringsgrens van € 200.000

Totaal lasten